De vrouw die voorspoed bracht
Een Indiaas verhaal over hoe de godin Lakshmi overvloed gaf
Een vrouw brengt gevonden voorwerpen terug, ondanks haar eigen armoede. Ze weet echter bij de goden voorspoed af te dwingen.
Er was eens een arme brahmaan wiens vrouw hard moest werken om de eindjes aan elkaar te knopen. Op een dag raadde zij haar man aan om de buurtbewoners te vragen of zij hun dagelijkse huisvuil voor haar deur wilden deponeren. Dit was ongetwijfeld een merkwaardige suggestie, maar de man stelde vertrouwen in haar en hij vond het niet erg om het dorp rond te gaan en de buren hierover te benaderen. Tussen het huisvuil dat zich nu voor hun deur ophoopte bevond zich ook een dode slang.
De vrouw van een rijke koopman was dol op juwelen. Van al haar sieraden was zij het meest gehecht aan een gouden halsketting. Toen zij een keer in de rivier wilde gaan baden, deed zij de ketting af en legde deze op de oever neer. Een kraai schoot erop af en vloog ermee weg. In zijn vlucht ontdekte de kraai de dode slang. Hij nam deze mee en liet de gouden ketting liggen. De koopman liet het bericht over het verloren sieraad rondbazuinen en gaf daarbij de belofte dat hij die de ketting zou terugvinden, als beloning kon vragen wat hij wilde.
De vrouw van een rijke koopman was dol op juwelen. Van al haar sieraden was zij het meest gehecht aan een gouden halsketting. Toen zij een keer in de rivier wilde gaan baden, deed zij de ketting af en legde deze op de oever neer. Een kraai schoot erop af en vloog ermee weg. In zijn vlucht ontdekte de kraai de dode slang. Hij nam deze mee en liet de gouden ketting liggen. De koopman liet het bericht over het verloren sieraad rondbazuinen en gaf daarbij de belofte dat hij die de ketting zou terugvinden, als beloning kon vragen wat hij wilde.
De brahmaan zag het sieraad tussen het huisvuil liggen op de plek waar eerst de slang lag.
Hij brandde van verlangen om de ketting te houden, maar zijn vrouw was vastbesloten om hem terug te brengen.
Zij nam een bad en deed haar dagelijkse offerdienst aan de god Krishna. Zij kleedde zich in een gele sari, nam de gouden halsketting mee op een koperen bord en klopte bij de deur van de koopman aan. De man was blij dat het verloren sieraad terecht was en vroeg de vrouw wat zij als beloning wilde hebben. De vrouw antwoordde: "Mijnheer, tenzij u driemaal belooft dat u niet boos wordt en dat u mij geeft waar ik u om vraag, wens ik over een beloning verder niet te spreken." De koopman lachte toegeeflijk en herhaalde de belofte driemaal. Daarop vroeg de vrouw: "Moge op de nacht van Divali enkel mijn huis verlicht zijn en laat alle huizen met inbegrip van het uwe in duister gehuld blijven." De koopman was er niet gelukkig mee, maar hij kon zijn belofte niet breken. Hij gaf haar zijn woord.
Zij nam een bad en deed haar dagelijkse offerdienst aan de god Krishna. Zij kleedde zich in een gele sari, nam de gouden halsketting mee op een koperen bord en klopte bij de deur van de koopman aan. De man was blij dat het verloren sieraad terecht was en vroeg de vrouw wat zij als beloning wilde hebben. De vrouw antwoordde: "Mijnheer, tenzij u driemaal belooft dat u niet boos wordt en dat u mij geeft waar ik u om vraag, wens ik over een beloning verder niet te spreken." De koopman lachte toegeeflijk en herhaalde de belofte driemaal. Daarop vroeg de vrouw: "Moge op de nacht van Divali enkel mijn huis verlicht zijn en laat alle huizen met inbegrip van het uwe in duister gehuld blijven." De koopman was er niet gelukkig mee, maar hij kon zijn belofte niet breken. Hij gaf haar zijn woord.
De volgende dag was het Divali, de vrouw plaatste vele lampjes rond haar huis en deed de deur goed achter zich dicht.
Zoals elk jaar kwam ook nu de godin Lakshmi uit haar hemels verblijf naar de aarde voor een bezoek. Zij zag dat het overal in het dorp donker was, behalve op één plaats. Dat was het huis van de vrouw.
Lakshmi klopte op de deur, maar de vrouw deed niet open. Ze zei: "O moedergodin, we zijn zo arm, we kunnen u niet vereren. Komt u alstublieft niet bij ons." De godin ging weer weg om een andere plaats te vinden. Maar aangezien het in alle andere huizen donker was, moest ze wel terugkomen. Ze smeekte de vrouw om open te doen. De vrouw was echter in het geheel niet aangedaan, ze zei: "Beloof dan dat je ons alles geeft, zodat we jou naar hartewens kunnen vereren." De godin antwoordde: "Ja mijn kind, een overvloed aan rijkdom zal jullie deel zijn en jullie zullen de rest van je leven gelukkig zijn." Vanaf die dag leefden zij in overvloed, gelukkig en toegewijd aan de godin.
* * *
Bron
"Volksverhalen uit kleurrijk Nederland. Feesten. Verhalen over feestenuit de Chinese, Joodse, Nederlandse, Indiase, Turkse, Surinaamse, Marokkaanse en Indonesische verteltraditie" verschenen bij Uitgeverij Lemniscaat, Rotterdam, 1991.
Feest/viering:
Maak jouw eigen website met JouwWeb